zondag 24 juni 2012

Vakantie – een kleine etymologie

Vakantie komt van het Latijnse vacare, dat vrij zijn van, leeg zijn, betekent. De soort Latijnse werkwoorden waartoe het behoort, duidt vaak een (intensieve) activiteit aan; iemand doet wat. Iemand beminnen bijvoorbeeld heet in het Latijn amare, iemand prijzen heet laudare. De woordenboekbetekenis van vacare duidt echter meer een toestand aan. Je bent vrij van allerlei verplichtingen, je bent verlost van allerlei getob en gepieker over bijvoorbeeld ‘Krijg ik het wel af?’. Maar je mag om eerder genoemde reden het Latijnse werkwoord ook vertalen met een actievere variant: het wordt dan ‘leegmaken’. En deze vertaling past beter bij de geestestoestand van de fase die aan het leeg zijn vooraf gaat. Alvorens je op een bepaald moment leeg bent in de vakantie, echt vrij bent dus, moet je ervoor gezorgd hebben dat je leeggeraakt bent. Je gaat dus afkicken en voor het onderwijsveld betekent dit de hardste variant ervan: je gaat cold turkey. Ineens is in die eerste vakantieweek alles weg, je studenten, je collega’s, je lesvoorbereidingen en nazorg, je examinering, je begeleidende opvoeding van de bloem der natie. Op de maandagochtend na de EK-finale word je wakker en je constateert: ik ben vrij. En deze keer is het geen wensdroom, maar realiteit. En dat blijkt paradoxaal genoeg de harde realiteit te zijn, want ben je wel vrij? Voel je je wel vrij? Nee, dus. Je bevindt je in een toestand van desoriëntatie; je tast als in een dichte mist naar dingen die er normaal wel zijn, maar er is niets. Sommige collega’s trachten aan deze toestand van beklemming te ontkomen door meteen op vakantie te gaan. En dat in voorkomende gevallen vrijdag voor de vakantie al! Maar het is vergeefse moeite want de koude kalkoen staat je grijnzend op te wachten in je vakantieresort aan de Côte d’Azur! 
Het is als in het gedicht van Pieter Nicolaas van Eyck (1887-1954), ‘De tuinman en de dood’. In het gedicht komt de tuinman van een Perzisch edelman terwijl hij druk bezig is in zijn tuin met snoeien De Dood tegen. Uit angst vlucht hij spoorslags op zijn paard naar de een heel eind verderop gelegen Perzische sprookjesstad Isfahan. Vervolgens komt de edelman nadat zijn knecht vertrokken is De Man met de Zeis tegen in zijn cedertuin. Hij vraagt hem waarom hij zijn knecht zo de stuipen op het lijf heeft gejaagd. Magere Hein zegt dat het helemaal niet zijn bedoeling was, maar dat hij er zich juist over verbaasd had dat hij ’s ochtends de man was tegengekomen die hij ’s avonds moest ophalen in Isfahan.
Je ontkomt er dus niet aan: je zult moeten afkicken van je werk. Ga die leegte van de eerste vakantieweek onbevangen tegemoet, waar je ook bent. Zie het horror vacui van je tijdelijke maar gelukkig wel doorbetaalde werkeloosheid onder ogen en ga door de tunnel van het niets heen. Ik garandeer je: aan het eind ervan gloort het licht en wacht je een oase van enkele weken welverdiende rust. Prettige vakantie beste collega's!




maandag 18 juni 2012

Vincent (2)

Hij kwam als burgemeester en hij vertrekt als burgemeester. Oude liefde roest niet, maar je kunt zijn komst naar de Onderwijsgroep Tilburg toch geen vorm van vreemdgaan noemen, ook al past het wel enigszins in het plaatje van de beeldspraak. Zijn keuze voor het ROC en MBC was ook in Cruyffiaanse zin ‘logisch’, als je in het onderwijsveld al aan het begin van je carrière begonnen bent, en nog wel als leraar.
Hij werd gezocht om het toenmalige ROC op de kaart te zetten en tot in de Haagse kringen naamsbekendheid te geven. Aanvankelijk als lid van het college van bestuur, later als de voorzitter ervan. Het ROC van tien jaar terug was een wat verpolitiekte organisatie met allerlei stammen en hun bijbehorende culturen. Dat was niet gek overigens, want het ROC was een moetje en daarbij ook nog een ongewenst. Niemand die het eigenlijk wou, behalve de gestaalde kaders van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (met Jo Ritzen als de Stalin van het Kremlin in Zoetermeer), en in Tilburg de Streekschool. De laatste zag er wel brood in, want het imago was niet om over naar huis te schrijven. Maar de mts, de meao, het mdgo? Nou nee, liever niet, dat waren degelijke scholen voor middelbaar beroepsonderwijs voor de eigen sector, en die hadden die fusie niet nodig. Het moest, en als het niet kon zoals het moest, dan moest het maar zoals het kon. De politiek handige én beminnelijke collegevoorzitter Jan Huffmeijer slaagde erin de boel op zijn Cohens bij elkaar te houden.
Aan Vincent Braam daarna dus de schone taak de organisatie te ‘ontvrienden’ en taakgerichter te maken. De no nonsens jaren à la Lubbers in de jaren tachtig braken in het najaar van 2005 met zijn collegevoorzitterschap aan. Hij was daar ook wel de figuur voor, want zonder veel poeha en misbaar zette hij de schoolorganisatie in zakelijk opzicht naar zijn hand. Klein van stuk, een beetje onopvallend nou je het zegt, laveerde hij bijvoorbeeld het College Educatie door moeilijke tijden. Een knap staaltje stuurmanskunst, als je weet dat het elders in het land in dezelfde sector ontslagen regende. Hij maakte in moeilijke tijden de schoolorganisatie financieel gezond, door de juiste mensen achter het financiële dashboard te zetten.
Een nuchtere liberaal die langzaam ontdooide. Het duurde even voor hij zijn gezicht in de juiste plooi kreeg, want de hele tijd no nonsens uitstralen dat gaat op den duur vervelen, ook voor zijn omgeving. Want niet alleen de nachten in Brabant zijn lang, maar ook de dagen, en zeker op school.
Onder Vincents leiding is de OGT meer een eenheid geworden, en heeft deze meer kleur gekregen.  En niet alleen magenta rose. Het opknippen van de schoolorganisatie in twintig scholen kun je gerust een trouvaille vinden, want daarmee botte hij de scherpe randen, waar iedereen zich aan sneed, van een megalomane scholenfusie.

maandag 11 juni 2012

Vincent (1)

Hij woonde maar een jaar of anderhalf in Tilburg en bezocht daar de pas opgerichte Rijks-HBS in wat nu bekend staat als het witte paleisje van Koning Willem II, naast het huidige Stadskantoor I, de zwarte ka’aba van de stad. Daarna verhuisde hij terug naar Zundert, waar het domineesgezin Van Gogh woonde, en later naar nog wat steden en plaatsen, maar uiteindelijk naar Zuid-Frankrijk. Tilburg liftte een beetje mee op zijn naamsbekendheid, zoals elke Brabantse gemeente en Franse municipal dat deed, waar hij zijn sporen naliet. Hij woonde in Tilburg op de Korvelseweg, waar een plaquette daar nog steeds aan herinnert.
In het boek over honderd jaar beroepsonderwijs van de historicus J. Gorisse: ‘Al meer dan honderd jaar’, dat vijf jaar geleden uitkwam en de ontwikkeling van het lagere en middelbaar beroepsonderwijs in de 19e en 20e eeuw in Tilburg beschrijft, wordt hij ook nog genoemd. Saillant in dit verband is dat in het boek de ‘stadstekenschool’, opgericht in 1840, als eerste school voor beroepsonderwijs in Tilburg wordt genoemd. Die was gevestigd in een ruimte onder het oude stadhuis, dat Cees de Sloper (oud-burgemeester Becht) in zijn nietsontziende vernieuwingsdrang in de jaren zestig liet slopen, en hij nam gelijk maar de Koningswei mee, waar de bekende volksvrouw ‘Rooi Stien’ vandaan kwam. Tegenover was het voormalige paleis van Koning Willem II gevestigd, waar een vijfentwintig jaar later de nieuwe Rijks-HBS gevestigd zou worden. Daar dus bezocht Vincent van Gogh als jonge tiener in de jaren 1866 tot 1868 de toen zeer ambitieus opgezette, moderne Rijks-HBS. En kreeg hij les van Constant Huijsmans in een goed geoutilleerd tekenlokaal, compleet met gipsmodellen, zoals het boek over het beroepsonderwijs in Tilburg schrijft.
Theo van Gogh staat bekend als de broer met wie Vincent een intensieve correspondentie voerde. Jaren geleden al weer in een prachtige meerdelige uitgave met goudgeelkoren-kaften op de markt gebracht. Een nazaat van hem, de ons welbekende Theo van Gogh werd in 2004 vanwege een filmpje van 12 minuten door een jonge religieuze fanaticus vermoord. Deze Theo was net zo controversieel als creatief kunstenaar als Vincent in zijn tijd was. Wordt vervolgd.