maandag 18 juli 2016

Metablog V / Ga zo door en gij zult spinazie eten

Vanavond weet ik niet waarover te schrijven. Dat is lastig, want ik zit tegen een zelfverkozen deadline aan te hikken. Vroeger zou ik daar zenuwachtig van zijn geworden, maar tegenwoordig vind ik het vooral spannend. Benieuwd waar ik nu weer uit ga komen. Want dat er iets op papier gaat komen staat vast, tenzij een meteorietinslag mij het woord ontneemt. Om mezelf een makkelijk einde te ontnemen wens ik je nu in plaats van in de laatste alinea alvast een fijne vakantie toe. Je hebt het verdiend! 
 
Vandaag is eindelijk de zomer begonnen na een maand lang gekwakkel. De schrijfnood moet bij blogger dezes wel erg hoog zijn als hij het weer moet aangrijpen om verder te kunnen gaan. Ik raad je dan ook aan om te stoppen met lezen, want deze column wordt niks. De inhoud ervan past grappig genoeg wel goed bij het vakantiegevoel dat ik steeds weer koester in de zomermaanden. Lekker landerig lui niets doen. Geen gestress en gejaag richting verre oorden maar gewoon thuis. Om uiteindelijk als ik het niets doen beu ben, wat te gaan ondernemen. Dat kan van alles zijn. Zo zag ik mezelf een dag later ooit op een mooi strandje in de Algarve liggen. Beetje impulsief geboekt, maar daarom des te leuker. 

Deze zomervakantie start ik tegen mijn gewoonte in actief: ik ga naar de Achterhoek om me een weekje te verdiepen in Spinoza. Vorig jaar heb ik met mijn Spinozaclub tijdens een weekje buiten de Ethica doorgenomen en dit jaar richten we onze geest op zijn Theologisch-politiek traktaat. Het weekje Achterhoek is vooral gezellig en comfortabel. Het hotel is prima en de omgeving rustgevend groen. Maar ik steek er ook nog wat van op. Ik ga zo door en ik zal hopelijk spinazie eten.

maandag 11 juli 2016

Een beetje van jezelf en een beetje van Maggi

Als er één reclameslogan is die getuigt van inzicht in het menselijk gedrag, is het die van Maggi wel, schrijft een co-blogger. De werkelijkheid is dat bijna alles ‘van Maggi komt’, maar dat je zelf net kunt doen of het helemaal door jou gemaakt is. Praktisch alle producten zijn prefab of bake-off, maar reclamemakers bieden de consument graag de illusie (‘beleving’ volgens marketeers) dat hij zelf zijn soepje maakt: Een beetje van jezelf, een beetje van Maggi. En wie rijdt er nog op zijn landkaart van A naar B? GPS toch? Een andere lezing van de bekende slogan verstaat deze als een beetje water bij de wijn doen. 
 
De ondernemingsraad en het college van bestuur palaveren nu al een schooljaar lang over de vakantieregeling, bij de laatste beter bekend als de onderwijsregeling. Als je zo het voorstel leest van de ondernemingsraad vergt het enig concentratievermogen om het in al zijn finesses te doorgronden. Maar eigenlijk is de kwestie doodeenvoudig. College van bestuur en de ondernemingsraad verschillen van inzicht over het handhaven van de 7 weken zomervakantie. Volgens de bestuurders vallen deze moeilijk te matchen met minimaal 40 lesweken, terwijl de ondernemingsraad van mening is dat deze moeten gelezen worden als maximaal 40, waarbij in beide gevallen het aantal studiebelastingsuren 1600 blijft. 

Kunnen we de illusie van de reclameslogan ook opwekken bij beide kemphanen in zake het vakantiedossier? Natuurlijk weet iedereen die in het onderwijsveld werkzaam is al lang dat zijn werkelijkheid praktisch helemaal prefab is, dichtgetimmerd als het is door kwalificatiedossiers en ander ambtelijk fraais. En nu is daar weer Focus op vakmanschap. Je hebt als school verdomd weinig meer in te brengen wat autonomie betreft, ofschoon de onderzoeksrapporten en advieslichamen anders suggereren. Brave new world. College van bestuur, doe wat water bij de wijn!

zaterdag 2 juli 2016

PIZ (2): Wanneer je van je collega houdt

Te veel mensen die goed kunnen samenwerken is slecht voor de werksfeer, schrijft Arnon Grunberg in een recente column. Omdat je je collega’s doorgaans niet zelf gekozen hebt en ook niet door hen uit je eenzaamheid verlost wenst te worden , mag je je het recht voorbehouden zich tot hen te verhouden als tot het kantoormeubulair. Ook voor deze mensen dient plaats te zijn in een organisatie. Je kunt ook niks hebben met collega’s. Grunberg zet de zaak graag op scherp, iets wat mij voor hem inneemt.

Kun je ook van collega’s houden? Het kan. Wat ik kan bevestigen doordat ik zelf met een collega getrouwd ben. En ik ken minstens nog twee collega’s  die samen hetzelfde lot zijn beschoren. De verhouding tot een collega is complex. De verhouding met een collega nog complexer. Omdat mijn partner meestentijds op veilige afstand van mijn dagdagelijkse werk zit, is er geen probleem. Hetzelfde geldt vermoedelijk ook voor bovengenoemd stel. Maar heb je een al dan niet geheime verhouding  met je collega op je werkplek dan kan de affaire erg ingewikkeld worden. Ik heb daar zo schrijnende voorbeelden van gezien, dat het tot ontslag leidde. 

Kun je een collega haten? Dat kan ook. Ik heb daar ervaring mee (gehad). Ik heb daar een zo schrijnend voorbeeld van gezien, meegemaakt dus, dat een goedbedoeld personeelsetentje dreigde te ontaarden in  een heus handgemeen. Gelukkig bleek de ene partij zo verstandig het etablissement voortijdig te verlaten. Persoonlijk vind ik dat mocht het tot een emotionele verdieping van je collegialiteit komen je beter van deze collega kunt houden dan hem of haar haten. Maar het beste voor het bonum commune is natuurlijk de verhouding tot je collega’s vriendelijk doch zakelijk te houden, ofschoon ik God op mijn blote knieën dank dat ik op mijn werk mijn latere vrouw ontmoet heb. 

Een mooie tussenweg is de vriendschap. Zo heb ik zelf twee collega’s, van wie één intussen een oud-collega, met wie ik bevriend ben geraakt. We zien elkaar ook geregeld buiten het werk en doen dan samen leuke dingen, zoals sigaren roken, whiskey drinken en praten over literatuur en het leven in het algemeen.