De meesten van ons hebben meerdere relaties in hun leven
gehad; dat heet tegenwoordig seriële monogamie: we blijven trouw zo lang de
liefde duurt. Geen leven lang, - wat voor sommigen onder ons als ‘levenslang’
klinkt -, maar een liefde lang. Om het met een home grown neologisme uit te drukken: ‘liefdeslang’. De
herinneringen aan een voorbije relatie worden fel bijgekleurd door de laatste fase
ervan. Hoe ging je uit elkaar: goed of slecht? Maar in de loop van de tijd
kunnen die kleuren zachter worden; ze krijgen pasteltinten. De tijd heelt vele
wonden, zei men vroeger, toen lijden nog heel gewoon was.
Je kunt herinneringen ook blocken: wanneer je niet voortdurend aan iets herinnerd
wil worden. Je duwt ze dan weg, maar je vergeet ze niet! Veel mensen geloven
dat je herinneringen ook kunt verdringen,
in die zin dat je ze helemaal kwijt raakt. Zelfs wetenschappelijk opgeleide
mensen als psychiaters en psychologen denken dat het kan. Dat populaire idee is
geboren in het brein van Sigmund Freud, zo’n honderd jaar geleden. In zijn boek
Traumdeuting geeft hij allerlei
voorbeelden van symbolen waarmee zijn patiënten hun herinneringen, die dan
vaak trauma’s zijn, versleutelen. Die symbolen fungeren dan vaak als Leidmotiv in
dromen die de patiënt heeft. Ik herinner me uit het boek droomverhalen van een
patiënt waarin het getal 47 steeds in voor kwam. Dat getal bleek de
(huis)sleutel te zijn van de deur, waarachter een incestueus trauma school.
In zijn boek ‘Hervonden herinneringen en andere
misverstanden’ stelt rechtspsycholoog Hans Crombag de vraag of het mogelijk is
dat mensen die een traumatisch voorval hebben meegemaakt dat vervolgens weer
kunnen vergeten. En kunnen zij dan via therapeutische behandeling zo'n
herinnering weer oproepen? Deze vragen zijn actueel nu ook in Nederland velen, onder
wie rechters en therapeuten, de mogelijkheid van de verdrongen en hervonden
herinnering toelaten. In ‘Hervonden herinneringen en andere misverstanden’
worden deze fenomenen geanalyseerd. De auteur is niet onder de indruk van de
aanwijzingen voor verdrongen herinneringen en toont aan dat het geheugen
eigenlijk altijd onbetrouwbaar is.
De Groningse psychologieprofessor Douwe Draaisma verwijst
naar de uitspraak van hierboven, van Cees Nooteboom, met deze formulering: ‘De
herinnering is als een hond die gaat liggen waar hij wil’. Hij schrijft dit in
zijn bestseller ‘Waarom het leven sneller gaat als je ouder wordt’, dat als
subtitel heeft ‘Over de geheimen van het geheugen’. Zelfs het te binnen brengen
van aforismen leidt al tot rare bokkesprongen.
Beroemd is het verhaal van het Madeleine-koekje in A la
recherche du temps perdu van Marcel Proust, waarin de schrijver op bezoek gaat
bij een oudtante in het dorp van zijn jeugd, Cambray. Tijdens het bezoek sopt hij gedachteloos het aangeboden
kaakje in de thee en na het proeven van het slappe ding gaat er plotseling een
wereld aan herinneringen voor hem open.
Fijne vakantie, beste collega’s, lees eens een van de boeken
die ik in deze blog genoemd heb.