Saskia wil graag vooruit komen en heeft zin noch tijd om op
haar medestudenten te wachten; zij is in haar persoonlijke studiewijzer
begonnen aan opdrachten van Nederlands 3F-niveau. Die van 2F heeft ze allemaal
al met succes afgerond. Naast de opdrachten voor mbo maakt zij ook nog
havo-examens Nederlands (tekstverklaring en samenvatting) om op stoom te
blijven. In mijn wekelijks gesprekje met haar hebben we het er al over gehad om
eventueel op 4F-niveau uit te stromen.
Naast de excellente docent kennen we ook de excellente
student, maar deze wordt bij ons nog niet als zodanig betiteld of gelauwerd. En
dat wordt hoog tijd! Dertig jaar lang lijkt er een grauwsluier over het mbo te
hebben gehangen, waardoor iedereen er het zelfde uit leek te zien en boven de
rest uitsteken structureel genegeerd werd. De zwakke en of luie student stond
in het centrum van de aandacht: daarvoor werd zelfs de functienaam van de
docent veranderd in coach en studiebegeleider.
Wel kennen we de uitblinker, maar daarmee wordt toch meestal
een student namens de hele school betiteld. Een beetje een diffuse titel
derhalve. Waarom geven we de primus
(m/v) van de klas aan het eind van het jaar ook niet die titel. En geven we de
top vijf een eervolle vermelding. Je zult zien dat onze studenten die in hun
hoofd vol met ‘Idols-lijstjes’ rondlopen dit een cool idee zullen vinden.
Het dagblad Trouw schreef afgelopen zaterdag dat steeds meer
kinderen op de basisschool een klas overslaan. Die komen zodoende vroeger in
het voortgezet onderwijs terecht. Mijn studente is een havist 3/4 die naar het
mbo is doorgestroomd. Ze weet wat ze wil: namelijk via het mbo naar het hbo. Ze
is namelijk ook heel praktijkgericht ingesteld.