Wat valt je nu op in het
woord leraar? Wel het eindigt op raar, dat op zichzelf al een
zelfstandige betekenis heeft, die je op allerlei associaties kan brengen. Je
denkt bijvoorbeeld aan die gekke leraar op de middelbare school die altijd
witte sportsokken droeg, of de docent die tijdens de les altijd net iets te
lang naar bepaalde meisjes bleef kijken. Nimfijnen.
Waar komt dat
achtervoegsel, suffix geheten in de
taalkunde, vandaan? Het is bijna hetzelfde als naar in molenaar. Maar
deze vergelijking doet mij de lezer op een verkeerd spoor belanden. Het suffix
in beide woorden is namelijk aar. En
dit vinden we in talloze andere woorden terug, vaak in namen van beroepen,
bijvoorbeeld makelaar. Het achtervoegsel
heeft de betekenis van persoon die een
bepaalde handeling of activiteit verricht.
Het woord docent komt uit het Latijn en betekent iemand die onderricht geeft. Het is
bijna een homoniem (gelijk woord voor verschillende dingen, zoals bank) op de e na. Decent (ook
uit het Latijn) betekent fatsoenlijk. Een
decent persoon is iemand die zich netjes gedraagt. Het grappige is dat er toch
een verband in betekenis bestaat tussen docent
en decent. Althans in de ogen van het
grote publiek: mag de maatschappelijke status van leraar tegenwoordig laag
zijn, de waardering voor de persoon achter de docent is groot. Deze wordt als
betrouwbaar en in en in fatsoenlijk beschouwd.
Het criminaliteitscijfer
onder Nederlandse leraren is miniem; nette dames en nette heren die leraren. Of dat op Siciliƫ ook zo is daarover heb ik geen bronnen.